EnglishEspañolDeutschNederlandsPolski

Mailinglijst

EnglishEspañolDeutschNederlandsPolski

Het Werkboek

Les 1

Niets wat ik in deze kamer [in deze straat, uit dit raam, op deze plek] zie betekent iets.

Kijk nu langzaam om je heen en oefen je in het heel specifiek toepassen van dit idee op wat je maar ziet:

Deze tafel betekent niets.
Deze stoel betekent niets.
Deze hand betekent niets.
Deze voet betekent niets.
Deze pen betekent niets.

Kijk dan wat verder dan je directe omgeving en pas het idee in een wijder blikveld toe:

Die deur betekent niets.
Dat lichaam betekent niets.
Die lamp betekent niets.
Dat bord betekent niets.
Die schaduw betekent niets.

Merk op dat deze uitspraken niet gerangschikt zijn in enige ordening en evenmin rekening houden met verschillen in de aard van de zaken waarop ze worden toegepast. Dat is de bedoeling van de oefening. De stelling dient eenvoudigweg toegepast te worden op alles wat je ziet. Wanneer je het idee van de dag oefent, hanteer het dan volkomen willekeurig. Probeer het niet toe te passen op alles wat je ziet, want deze oefeningen moeten geen ritueel worden. Zorg er alleen voor dat niets wat je ziet uitdrukkelijk wordt uitgesloten. Het ene is wat de toepassing van het idee betreft even goed als het andere.

Elk van de eerste drie lessen moet niet vaker dan tweemaal per dag worden gedaan, bij voorkeur ‘s morgens en ‘s avonds. Evenmin zou je ze langer dan ongeveer een minuut moeten proberen, behalve wanneer dat een gevoel van haast met zich meebrengt. Een aangenaam gevoel van ontspannenheid is essentieel.

TOP